Industrial Nature

Oude industriegebieden krijgen een tweede leven met behulp van de natuur

Officieel wordt de term Industrial Nature omschreven als: de regeneratie van natuurlijke vegetatie op een voormalige industriële locatie. Het oorspronkelijke concept is ontstaan eind jaren ‘80 in het Duitse Ruhrgebied. Door het grotendeels verdwijnen van de mijnindustrie werd de deelstaatregering Nordrhein Westfalen voor een nieuwe uitdaging gesteld: wat te doen met een 800 km2 verlaten en verontreinigd industrieel terrein?

Deze vraag leidde tot een nieuw concept “Industrial Nature”: het verontreinigde industriegebied werd omgetoverd tot een groen en modern stedelijk gebied en heeft een enorme ecologische, economische, sociale en culturele impuls gekregen. Het gebied is nu bekend onder de naam “Emscher Park”. Wat het Emscher Park ecologisch gezien erg interessant maakt is dat er planten (deels aangeplant) en dieren voorkomen, die zich aan de moeilijke omstandigheden in het gebied hebben aangepast.

Sommige, vaak zeldzame planten en dieren geven de voorkeur aan de sobere omstandigheden op braakliggende industrieterreinen. In de oude mijnen, cokesfabrieken, smelterijen en steenbergen heeft de natuur gezorgd voor een nieuwe, groene oase van bomen en planten zoals robinia, Canadese guldenroede, Chinese vlinderstruiken en Johanneskruid. Ook vogels, wilde bijen, libellen en kikkers houden zich graag op in dit gebied. Het voormalige industriële rangeer- en verzamelstation is zelfs veranderd in de plek met de hoogste biodiversiteit binnen het Rurhgebied.

Ecologie en industrie: een “natuurlijke” combinatie?

Maar waarom wachten met het inzetten van de natuur tot de fabrieksgebouwen leegstaan? Waarom niet al tijdens de productie natuur en industrie combineren?

Bioclear earth wil graag een extra dimensie geven aan het begrip Industrial Nature namelijk; het actief inzetten van de natuur tijdens het industriële productieproces om zo gebruik te maken van natuurlijke afbraak van verontreinigende stoffen. Zo kunnen we de natuur preventief inzetten door industrieel afvalwater te zuiveren, waardoor we zoveel mogelijk voorkomen dat belastende stoffen in het milieu terecht komen. Ook kunnen we de natuur curatief inzetten, wanneer er al sprake is van verontreiniging in bodem of water. Bij het inzetten van Industrial Nature zal in veel gevallen biomassa vrijkomen (hout of plantenresten). Wij onderzoeken in zo’n geval of dit materiaal geschikt is voor gebruik als grondstof of als bron voor bio-energie. Kortom, door het inzetten van Industrial Nature kunnen we veel schade aan de natuur voorkomen of oplossen, zorgen voor een mooiere (werk)omgeving en zelfs voor de productie van nieuwe grondstoffen en energie.

Praktijkvoorbeelden

Industrieel afvalwater

Het bedrijf Dow Chemical past dit concept al enige tijd toe in één van haar grote industriële complexen in Texas, waar plastic harsen en andere chemicaliën worden geproduceerd. Afvalwater en regenwater worden in een begrensd gebied door een geconstrueerd water- en moerasgebied geleid. Inmiddels bestaat dit afvalwatersysteem al 15 jaar en valt het niet meer op dat het door de mens geconstrueerd is. Er is een grote biodiversiteit ontstaan van planten en micro-organismen. Dit verhoogt het vermogen van dit mini ecosysteem om op fluctuaties in de omstandigheden te reageren.

Het resultaat:

  • Het industriecomplex recyclet gebruikt water zoveel mogelijk en voldoet 100% aan de lozingseisen.
  • Het systeem verbruikt nagenoeg geen energie (minimale apparatuur, geen pompen, geen additieve, geen zuurstof- of watertoevoegingssysteem).
  • Het moerasgebied heeft weinig onderhoud nodig, dit in tegenstelling tot een grijs afvalwatersysteem dat 24 uur per dag onderhouden moet worden.
  • Zuivering verloopt zonder achterblijven van restafval.
  • De uiteindelijke kosten van de waterzuivering zijn veel lager (ongeveer $1.4 miljoen in plaats van de berekende $40 miljoen voor het alternatieve grijs afvalwatersysteem).

Zware metalen in de bodem

Op het voormalige fabrieksterrein van de strokartonfabriek “de Eendracht” in Appingedam zijn wilgen geplant om het, met zware metalen verontreinigde terrein, duurzaam te beheren. Bekeken wordt of de wilgen in staat zijn om de koperverontreiniging op te nemen of vast te leggen en zo de kwaliteit van de bodem verbeteren. Het hierbij vrijgekomen hout kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor het opwekken van bio-energie.

U kunt meer informatie vinden over dit project op deze website. Kijk op: “Houden wilgen van Heavy Metal?

Is de toepassing van Industrial Nature een geschikte optie voor mijn bedrijf?

Vanuit onze expertise in biologische bodemreiniging, (proces)waterkwaliteit, fytotechnologie en risicobeoordeling en -management kunnen wij samen met u bekijken of het inzetten van Industrial Nature een goede optie is voor uw bedrijf.

Wilt u meer weten, neem dan contact op met Freek van den Heuvel.

Freek van den Heuvel
Adviseur waterkwaliteit en fytoremediatie