In de voetsporen van een industrieel verleden

Ecologische risico’s vloeivelden Loon op Zand

Het dorp Loon op zand heeft eeuwen lang bekend gestaan om haar grote schoen- en leerindustrie. Tot eind  jaren ‘90 van de 20e eeuw werden in Loon op Zand meerdere zeer bekende schoenmerken geproduceerd. Inmiddels is de productie van de fabrieken al enige tijd verplaatst naar het buitenland.

De vroegere schoen- en leerindustrie heeft, naast een rijke ambachtelijke geschiedenis, jammer genoeg ook andere voetsporen achtergelaten. Ten westen van Loon op Zand ligt een gebied met een oppervlakte van ongeveer 10 ha, dat van 1952 tot 1994 in gebruik  was als uitvloeiveld voor afvalwater van de leerindustrie uit de omgeving. Als gevolg daarvan is de locatie verontreinigd geraakt met chroom, voornamelijk  trivalent chroom (Chroom III).

Op dit moment ligt de locatie braak, is geheel onverhard en wordt aan drie kanten omsloten door bos.

Sporenonderzoek: risico’s in kaart brengen met het Triade onderzoek

De provincie Noord- Brabant wilde weten of de verontreiniging risico’s oplevert voor mens en milieu en of de locatie met spoed moet worden gesaneerd. In opdracht van de Provincie heeft Bioclear earth daarom een Triade onderzoek  op de locatie uitgevoerd.  

Het Triade onderzoek houdt in dat op drie manieren wordt gekeken naar de risico’s, namelijk door gebruik te maken van chemische, toxicologische en ecologische onderzoeksmethoden.

Uit de tests bleek dat de grond een relatief hoog gehalte van het metaal chroom (III) bevat, maar dat het niet of nauwelijks wordt opgenomen door de omgeving en geen toxische en ecologische effecten heeft.

Aanvullend onderzoek: springstaarten vertellen hun verhaal

Om de onderste steen boven te krijgen en de conclusies van het Triade onderzoek verder te onderbouwen zijn aanvullend iSQ-testen uitgevoerd met springstaarten. Springstaarten zijn bodemorganismen die overal in de bodem voorkomen en extreem gevoelig zijn voor verontreinigingen. Springstaarten vertonen een stressreactie als ze blootgesteld worden aan bepaalde gifstoffen. Zij reageren hierop  door specifieke enzymen aan te maken om hun  stressniveau te verlagen. Bij stress door blootstelling aan metalen maken zij het enzym metallothioneine (MTC) aan. Aanmaak van deze enzymen is, in de vorm van eiwitten, te meten met behulp van de moleculaire analysetechnieken.

Uit de uitgevoerde iSQ-test blijkt dat springstaarten geen verhoogde aanmaak van metallothioneine (MTC) laten zien. Dat betekent dat zij geen stress ondervinden van de blootstelling aan metalen in de bodem. Hiermee worden de resultaten uit het Triade onderzoek bevestigd.

Conclusie is dat, ondanks de hoge concentraties aan chroom(III), er geen sprake is van ecologische risico’s op de locatie. De bodemverontreiniging hoeft daardoor niet met spoed  te worden gesaneerd. Sanering wordt uitgevoerd op een natuurlijk moment, bijvoorbeeld bij herontwikkeling van de locatie.

Wilt u meer weten over risicobeoordeling en -management, neem dan contact op met Freek van den Heuvel.

Freek van den Heuvel
Adviseur waterkwaliteit en fytoremediatie